maandag 22 november 2010

Et pour les flamands, la même chose

Het Belgisch leger. Traditionele pispaal voor progressieven, linkerflankdenkers en ander langharig tuig. En er is een probleem met dat Belgisch leger, anders komt een onderwerp niet in De Zevende Dag. Of het moet zijn dat er lekker eten te krijgen is en Alain Coninx er lucht van gekregen heeft.

"Generaals en admiraals moeten kunnen bevelen en communiceren in de twee landstalen," legt Kurt Verwilligen uit. Kurt Verwilligen - die trouwens nogal op Kurt Van Eeghem lijkt - is woordvoerder van de minister van Defensie Pieter De Crem (CD&V). De Crem zelf lijkt niet echt op iemand anders, of het moet zijn eigen pasfoto zijn.

Twee landstalen? De laatste keer dat ondergetekende het heeft nagekeken, hadden we in België DRIE landstalen. Blijkbaar moeten generaals in ons land geen bevelen in het Duits kunnen geven. Historisch gezien geen slechte keuze, bevelen in het Duits zijn de voorbije honderd jaar al iets te vaak opgevoerd in Vlaams-nationalistische context.

De twee landstalen waarvan sprake zijn dus blijkbaar Nederlands en Frans, en daar knelt het schoentje blijkbaar voor veel kandidaat-generaals uit het Waalse. Zij buizen en masse voor het taalexamen Nederlands en kunnen zo dus geen generaal worden. Hierdoor ontstaat een onevenwicht en vervlaamst de legertop. Sinds 2008 hebben de Vlamingen officieel (dankuwel Pieter De Crem) kernwapens liggen in Kleine-Brogel. Een mens zou zich voor minder ongerust maken.

Volgens de N-VA is er geen politiek probleem, en daarom moet er zeker geen werkgroep komen om het - overigens niet bestaande - probleem op te lossen. Dat een vervlaamsende legertop voor de N-VA geen probleem is, spreekt voor zich. Zo vervlaamst er toch nog iets in dit land.

Van een werkgroep is een Franstalige nog nooit beter Nederlands gaan spreken. Het welbekende lemma van ontslagnemend premier ad vitam Yves Leterme indachtig, zijn ze ofwel te dom ofwel onwillig. Te dom en legertop, dat zijn dingen die wij niet met elkaar kunnen rijmen, dus dat nemen we niet eens in overweging. Het is dus onwil.

Een mens vraagt zich af waarom. Een competitief salaris, maatschappelijk aanzien,  een chiquer uniform, ongetwijfeld flexibele werkuren. Daarvoor neemt zelfs de grootste linguïstisch koudwaterbevreesde een taalbad. Maar toch blijven Franstalige militairen amechtig in het ondiepe moeras der Nederlandse taal plonsen. Dat kan maar een reden hebben: Franstalige generaals-in-spe zijn stuk voor stuk verdoken pacifisten en hopen door hun taalonwilligheid de hiërarchie van binnenuit te ontregelen, de slagkracht van ons vaderlands leger te ondergraven en de klassen- en conflictloze maatschappij uit te roepen.

Het is dus duidelijk: het evenwicht in het leger moet dringend hersteld. En met een werkgroep gaan we er niet komen. En lukraak Franstalige generaals benoemen is ook geen optie. De impasse lijkt compleet. Vandaar poneert de Complicateur de volgende oplossing: Taalexamens Nederlands voor de Vlaamse militairen. Rigoureus verbeteren. Geen gallicismen, geen regionale uitspraak, geen tangconstructies (of tankconstructies), dt-fouten tellen dubbel. Zet Ruud Hendrickx erop. Het zal snel gedaan zijn met dat onevenwicht.

1 opmerking: